vrijdag 25 maart 2016

Doolin

Vanmorgen zat ik wat te mijmeren en dacht terug aan mijn mooie reis naar Ierland precies een jaar geleden. Om het succes na het behalen van mijn bachelor te vieren, vertrok ik met een goede vriend richting de Westkust van Ierland. Het werd een memorabele dag, want diezelfde dag besloot een piloot van Germanwings de cockpit op slot te doen om vervolgens bewust de controle over het vliegtuig te verliezen, waardoor deze zijn Waterloo vond in de Franse Alpen. Wij waren verheugd dat we voorafgaand aan onze vlucht de aanleiding en gevolgen van die crash niet mee hadden gekregen.

Reisingrediënten

Rond het middaguur landden we op Dublin Airport waarna wij met onze huurauto de snelweg kozen richting Galway. Het viel me op dat de auto's er allemaal aan de verkeerde kant reden  – iets waar ik veel later die week een beetje aan ging wennen. Galway is een pittoreske oude havenstad en biedt alles wat een vermoeide reiziger nodig heeft. Hierbij moet je denken aan het meeste gedronken robijnrode bier ter wereld 'Guinness', en niet te vergeten 'Live muziek' uit elke pub. Beide 'ingrediënten' bleken overigens overal waar we kwamen in overvloed aanwezig. Omdat ons doel slechts deels was om tijd te verdoen in de pub, hebben we ons bezoek aan Galway beperkt tot één nacht.

De volgende morgen vervolgden we – uitgerust en voldaan van het overweldigende Ierse ontbijt, dus inclusief  roomboter, brood, warme worstjes, eieren in meerdere varianten en black pudding – onze reis naar Doolin, dat iets zuidelijker ligt aan de Atlantische kust. Doolin is beroemd vanwege haar nabij gelegen Cliffs of Moher, maar ook is er een oude grot te bezichtigen die de derde grootste stalactiet van de wereld huisvest. Ons doel voor de komende dagen was eigenlijk om te wandelen in het nabij gelegen natuurgebied 'The Burren', maar door het onstuimige Ierse weer waren we genoodzaakt om daar niet meteen mee te starten.

Doolin Cave
Om de tijd enigszins nuttig om te krijgen besloten we een bezoek aan de grot te brengen. De afdaling van die grot was best een uitdaging en nadat we 125 treden waren afgedaald, vervolgden we onder begeleiding onze reis gebukt door de zeer nauwe gangen van de grot. Het was goed dat we verplicht een helm moesten dragen – het plafond van de gangen was nogal puntig –, al beschermde die mij niet voor een lichte aanval van claustrofobie. Maar goed, soms is het nuttig om angst te overwinnen. En dan te bedenken dat de ontdekker van die grot over honderden meters door een gangetje net iets groter dan zijn lichaam is gekropen, voordat hij die stalactiet voor het eerst zag. Net als wij besefte hij echter waarschijnlijk ook dat het die uitdaging meer dan waard was geweest.

Na zo'n bijzondere ervaring moet je ook serieus de tijd nemen voor het verwerken van hetgeen je hebt meegemaakt. En dat ging uitstekend in de pub van O'Conner's, waar wij  onze magen vulden met Irish Stew. Het was heel donker in de kroeg en zodoende zag je niet wat je naar binnen kreeg, maar de smaak was gelukkig dik in orde. We gunden onszelf tot slot een glas Guinness om het succesvolle begin van onze reis definitief te bezegelen waarna wij moe maar voldaan onze hoofden te ruste legden.


vrijdag 18 maart 2016

Familienamen

Vaak vertelt een achternaam ons iets over het verleden. Er wordt wel eens beweerd, dat Napoleon de achternaam heeft ingevoerd, maar dit is beslist een fabel. Achternamen komen al eeuwen voor. Wat Napoleon wel heeft gedaan is het verplicht stellen van het registreren van een familienaam. Een traditie die Koning Willem I heeft voortgezet nadat hij zichzelf in 1815 uitriep tot de eerste soevereine vorst van De Verenigde Nederlanden.

Oorsprong van mijn achternaam
Bij geboorte kun je de achternaam krijgen van zowel vader als moeder. Al eeuwen geleden waren het de kerken die begonnen met het vastleggen van die gegevens. Vanaf 1810 kwam hier verandering in, want toen besloot Napoleon over te gaan tot de 'Code Civil', een nieuw verplicht systeem zodat familienamen allemaal netjes werden geregistreerd.

In mijn geval heb ik de achternaam van mijn vader doorgekregen, zoals dat nog gebruikelijk was in die tijd. De naam Van der Meer is zeer waarschijnlijk ontleend aan het nabij gelegen Haarlemmermeer, wat tot halverwege de 19e eeuw nog gewoon een echt meer was, maar op last van Koning Willem I toch droog moest worden gemalen om zo een eind te maken aan de wateroverlast die de steden Amsterdam en Leiden in die tijd nogal eens geselden. Nog voor die droogmaking woonde er al families Van der Meer in de omgeving Roelofarendsveen en dat gaat ver terug. Al in de 17e eeuw woonde er een kaaskoper in De Kaag met de naam Van der Meer en onderzoek heeft mij opgeleverd dat ik daar van afstam.
Cornelis Hogenboom
(1865 - 1930)

Engel
Mijn beide oma’s, Wies en Barbara, – die als tweede bijzondere naam Engelina had, alsof men dat zo vlak na haar geboorte al kon weten – waren volle nichten van elkaar en beide Hogenboom genaamd. Hun vaders resp. Johannes Hogenboom (1891-1957) en Martinus Hogenboom (1896-1949) waren dus broers, beide verwekt bij Theodora Wassenburg (1870-1927) door mijn betovergrootvader Cornelis Hogenboom (1865-1930), hiernaast afgebeeld. De ietwat vermoeid maar ondeugend ogende Cornelis heeft dus een belangrijk aandeel in mijn familiegeschiedenis.

Rooms-Katholiek
Wanneer ik terugblik wordt duidelijk dat de oorsprong van de familienamen Hogenboom en Van der Meer beide hun oorsprong kennen in of rondom de gemeente Alkemade, en wat specifieker: vaak in Roelofarendsveen. De meeste bewoners van dit dorp waren Rooms-Katholiek, in tegenstelling tot het aangrenzende Oude Wetering waar andere stromingen voorkwamen en waar men toch – hoe bekrompen maar begrijpelijk – ook een beetje angstig naar keek. Het is dan ook niet verwonderlijk dat de families Hogenboom en Van der Meer – beide overwegend Rooms-Katholiek –, in de geschiedenis vaker elkaars pad hebben gekruist in de zogeheten bloedlijn. Volkomen plausibel in een tijd waarin de wereld nog niet zo groot leek te zijn.

Gies Broesterhuizen
Maar hoe zit het nu met de familienaam Gies Broesterhuizen, zoals mijn moeders geboortenaam luidt? Afzonderlijk van elkaar komen de namen Broesterhuizen en Gies – soms iets anders gespeld – overigens wel vaker voor, maar samen vormt het een unieke combinatie. Wat bekend is, is dat mijn overgrootvader Johannes via Koninklijk besluit zijn geboortenaam Gies heeft laten wijzigen naar Gies Broesterhuizen. Hij is namelijk in zijn prille jeugd opgevoed door meneer Rhijn Broesterhuizen, nadat hij daar in Leiden door zijn moeder is achtergelaten en heeft lang gedacht dat hij Broesterhuizen heette.

Zijn besluit tot het wijzigen van zijn achternaam heeft mij ertoe aangezet om nader onderzoek te doen naar dat stuk van de familie geschiedenis. Een geschiedenis die mij terug gaat voeren naar Roelofarendsveen en Leiden aan het begin van de twintigste eeuw en verder terug het Duitsland ofwel Pruisen van de negentiende eeuw waar mijn familiegeschiedenis, althans van de tak Gies Broesterhuizen, lijkt te zijn aangevangen. Voldoende aanleiding om binnenkort weer eens op reis te gaan.




vrijdag 11 maart 2016

Fair play

Sinds mijn jeugd ben ik een liefhebber van voetbal, een sport welke ik met plezier ook heel lang zelf heb beoefend. Ik kan me dan ook nog steeds verheugen op een avondje Champions League, het kampioenenbal van Europa, waarin de allerbeste voetballers van de wereld vertegenwoordigd zijn. Ook deze week waren er weer wedstrijden waar ik weer even lekker voor kon gaan zitten.

Fair play
Fair play
Wanneer de spelers het veld op komen presenteren zij zich vol trots en stellen zij zich in een rij op met hun handen op de schouders van de nog jonge voetbalsterretjes die voor hun staan opgesteld. Die kleintjes glunderen en dat is alleen al prachtig om te zien. De wedstrijd staat op het punt om aan te vangen, maar eerst is er de ceremonie omtrent het uitwisselen van vaantjes en wat handen schudden. Op dat moment wordt ook door beide aanvoerders aan de wedstrijdleiding plechtig beloofd dat de teams er een 'fair play' avond van gaan maken, en steeds weer lijkt het er op dat het ook zo zal zijn, totdat de strijd aanvangt, want na de aftrap wordt helemaal niet meer fair gespeeld. Er wordt aan elkaar getrokken, geschopt, een elleboogstootje hier en daar en op elkaars tenen gestaan. Via misselijkmakende tackles wordt geprobeerd elkaar uit de wedstrijd te schoppen en dat alles onder toeziend oog van een handjevol scheidsrechters die al lang niet meer alles met het blote oog kunnen waarnemen. Wat ik overigens ook niet begrijp is dat diezelfde scheidsrechters zich steeds weer bereidwillig verrot laten schelden door een stelletje opgeschoten profs – vaak nog maar net de pubertijd gepasseerd. Als fair play zo belangrijk is, dan had er toch allang een videoscheidsrechter moeten kunnen worden ingeschakeld? Die kan helpen bij belangrijke beslissingen. Wel of geen goal. Bewuste overtreding of schwalbe. Kijk, ik begrijp dat de financiële belangen enorm zijn, maar dat is bij meerdere sporten het geval en video analyse zou in mijn ogen juist bijdragen aan professionalisering en dus ook fair play.

Rugby
Hoe anders is dat bij rugby – een sport die lang geleden tijdens een potje voetbal is uitgevonden toen iemand voor de grap de bal met de handen naar de overkant bracht. In deze sport is nou juist wel sprake van fair play. Discipline is breed doorgevoerd en al vanaf de jeugd wordt hierop gehamerd. Schelden naar de scheidsrechter komt dan ook amper voor. En als het gebeurt, dan wijst je strenge teamgenoot erop dat het niet de bedoeling is. In principe mag alleen de aanvoerder iets tegen de scheidsrechter zeggen. Diezelfde scheidsrechter beschikt vaak ook nog eens over video analyse om te voorkomen dat er teams worden benadeeld of dat er onrechtmatige beslissingen het verloop van de wedstrijd beïnvloeden. Kijk en zo kan het ook. Ja, er gebeurt ook heel af en toe iets onreglementair, maar dat resulteert praktisch altijd meteen in een passende straf, dus komt het niet vaak voor. Er wordt wel eens gezegd: 'Rugby is a hooligans game played by gentlemen', en daar ben ik het volkomen mee eens.

Schwalbes
Pijn is emotie
Maar wat misschien nog wel het grootste verschil is, is de manier waarop wordt omgegaan met blessures. Wanneer iemand tijdens een voetbalwedstrijd geblesseerd raakt, dan wordt er gerold, geschreeuwd en vooral geprobeerd de tegenstander een gele of zelfs een rode kaart aan te smeren. Om over het versieren van penalty's maar te zwijgen – de zogeheten schwalbe. Wat een walgelijke vertoning. Als er bij rugby sprake is van een blessure – en dat komt regelmatig voor in deze full contact sport – dan gaat het spel gewoon door. De algehele instelling is, dat je niet laat zien dat je zwakker bent. Een speler wordt wel behandeld, maar het spel stopt in principe niet. En dan laat je het dus wel uit je hoofd om een blessure te faken, want daarmee benadeel je je eigen teamgenoten. Daarbij is de scheidsrechter gewoon de baas op het veld, hij geniet zelfs aanzien. Daar ga je dus niet tegen schelden, want dat getuigt niet van respect. Als diezelfde scheidsrechter vindt dat er iets niet in de haak is, dan vertelt hij dit gewoon tegen de spelers, die vervolgens met gebogen hoofd de uitleg aanhoren, het commentaar accepteren en direct verbetering beloven. Zo niet, dan is het snel einde wedstrijd voor de betreffende speler.

Normen en waarden
Waarom kijk ik nog naar voetbal eigenlijk? Misschien omdat door wonderschone passes, de spanning en mooie doelpunten mijn hart toch nog een sprongetje maakt? Net zoals een try (doelpunt), een harde lage tackle of een kick in het rugby ook mijn handen op elkaar krijgt. Het is dan ook erg jammer dat er zo weinig rugby wordt uitgezonden op televisie. Van die sport en vooral van de normen en waarden eromheen is voor velen wat te leren.  Respect en fair play zijn erg belangrijk en die waarden gelden niet alleen op het veld. De sfeer om zo'n wedstrijd is nimmer vijandig en supporters zitten dan ook gewoon naast elkaar.

Momenteel is het Six Nations toernooi gaande waarin de zes beste landen van Europa strijden om de eindzege. Het is het officieuze Europees kampioenschap en morgenavond wordt er weer gespeeld. Mocht je nou eens iets leuks willen zien, kijk dan even naar de BBC morgen, dan begrijp je precies wat ik bedoel. Toegegeven, voetbal zal een grotere sport blijven, maar wat zou het mooi zijn als de voetbalbonden wat meer voorbeeld zouden nemen aan de rugby cultuur. Misschien wordt er naast het respect wel veel meer beter? Ik ben er van overtuigd dat dit ook zijn uitwerking buiten het veld zal krijgen.